Skip to main content

Vandaag zijn de Bomen­rid­ders Dordrecht op veldbe­zoek geweest aan de Zuiden­dijk, tussen de Stevens­weg en het Laantje van Midden­hoeve. Daar staan majes­tu­euze populie­ren, van de onder­soort “balsem­po­pu­lier”. We keken uit op wat tot voor kort een volks­tuin­com­plex was, met tiental­len best grote bomen, nu een lege vlakte. Vanwege een juridisch probleem moest al het groen weg. Doodzonde, onomkeer­baar. Hoe kunnen we toch zo slordig omgaan met groen, onze onmis­bare bondge­noot in bestrij­ding van klimaat- en biodiversiteitscrisis?

We waren daar echter om een andere reden. Bewoners aan de Zuiden­dijk klagen over afbre­kende takken uit de populie­ren. De gemeente wil hen tegemoet komen en de hele rij, althans de bomen die dicht bij de huizen staan, wegkap­pen, 24 stuks, en vervan­gen door lindes. Dat stelt ons Bomen­rid­ders voor een dilemma. Wij zijn ondub­bel­zin­nig voor het behoud van het groen dat er is, en zeker voor gezonde, volwas­sen bomen. Maar we willen omwonen­den niet opzade­len met (misschien niet verhaal­bare) schade aan huis en spullen, laat staan met letsel door uitval­lende takken of zelfs omval­lende bomen.
 
Alleen: hoezo, risico? De populie­ren behoren tot een onder­soort die wel 200 jaar oud kan worden. Dat is natuur­lijk geen garan­tie op het niet-uitval­len van takken, ook niet als het niet stormt. Maar het maakt wel duide­lijk dat deze populie­ren nog lang niet aan het einde van hun levens­duur zijn. Dat geldt voor meer populie­ren in de stad en de randen daarvan.
Veel populie­ren zijn – net als elders in Neder­land – geplant als ‘tussen­sta­dium’ voor de hergroe­ning van Dordrecht, meteen na de kaalslag tijdens de Honger­win­ter en na de Waters­nood­ramp van 1953. Ook zijn ze aange­plant in nieuw­bouw­wij­ken als Sterren­burg en Stads­pol­ders. Het ‘hoofd­sta­dium’ zouden langza­mer groei­ende soorten zijn die nadat de populie­ren vrij vroeg wegge­kapt zouden zijn tot wasdom konden komen. Alleen: zo werkte het niet. De populie­ren groei­den inder­daad sneller dan de andere, tragere soorten, maar drukten daardoor die tragere groei­ers ook weg: te weinig licht. De gemeente is ‘verge­ten’ de populie­ren te verwij­de­ren, met als gevolg dat veel van wat als de ‘echte’ vergroe­ners was bedoeld allang het loodje heeft gelegd. De populie­ren bleven, veel mensen raakten er aan gehecht en de biodi­ver­si­teit deed en doet er zijn voordeel mee. Ja, populie­ren worden als ze ouder worden, zeg vanaf 40 jaar, gevoe­li­ger voor takbreuk. Maar het is wel het groen dat we hebben, nog niet wegge­maaid door de zucht naar parkeer­ruimte, direct licht op het huis, of vermij­den van bladval en andere ‘ongemak­ken’, zoals honing­dauw. Koester­baar groen dus.
 
Als we nu, vanwege het risico op takbreuk, populie­ren wegsa­ne­ren verdwijnt een inmid­dels voor het Eiland van Dordrecht karak­te­ris­tieke boomsoort die ook belang­rijke ecolo­gi­sche functies vervult, zoals trekroute voor vleer­mui­zen. Dat kan niet de bedoe­ling zijn. Bekijk welke bomen écht een risico vormen en doe daar wat aan (snoeien bijvoor­beeld) en accep­teer dat beheer van oudere bomen meer inspan­ning vergt. We weten dat er extra geld voor groen­be­heer is uitge­trok­ken, dus dat moet lukken!
@johnsteegh