Thijs Blom verwijt de gemeente toe te geven aan ‘klimaatgekte’ door te weigeren twee bomen in Stadspolders te kappen, omdat de buurt last heeft van wortels. “Op het risico af dat ik nu de Bomenridders op mijn dak krijg…” bepleit hij kap en herplant van meer nieuwe bomen.
Wij Bomenridders staan buiten deze geweigerde kap. We weten niet hoeveel last deze kerngezonde bomen veroorzaken. De bijdrage van ‘laten staan’ aan het remmen van klimaatverandering vergt inderdaad nog véél meer nullen dan hij al noemt (“0,00036%”).
Maar gelukkig neemt de gemeente zijn eigen uitgangspunt (“nee, niet kappen, tenzij”) eindelijk serieus. Waarom zouden we gezonde bomen voortijdig vellen? Per saldo sneuvelt nog steeds meer kroonvolume (= het bladerdek dat de top van de boom siert) dan dat er bij komt. Bijdrage van onze bomen aan verkoelende schaduw, zuurstofproductie, wegvangen van fijnstof en de leefomgeving voor mens, dier en plant neemt nog steeds af.
Blom neemt de bomenkap op de Dokweg als voorbeeld: “dat doen we toch gewoon en zetten er meer terug?”. Inderdaad, de gemeentelijke logica zegt dat je kunt vergroenen door groen weg te halen. Met de belofte dat het allemaal véél groener wordt. Ondertussen zijn we wel twee mensengeneraties lang bestaand groen kwijt.
Nee, het laten staan van twee bomen die wellicht voor hinder zorgen redt het klimaat niet. Maar het schept wel een (door ons gewenst) precedent: zo doen we dat hier in Dordrecht niet meer. We verwachten dat deze weigering bij de rechter stand houdt, na alle rechterlijke uitspraken over de onhoudbaarheid van doorgaan op de ‘gewone’ weg. Kappen moet ‘ongewoon’ worden en blijven, ondanks ‘hinder’ voor klagers en ontwerpers.
Lees de Column: Dordt Centraal online
en artikel AD-Dordrecht